Categorieën
Familie

Mijn eigen geschiedenis: dat wordt graven!

Het was in 1969. Ik ben 9 jaar en zit op de lagere school in Anna Paulowna. Dus ruim een halve eeuw geleden. Het meeste van toen ben ik kwijt, maar dankzij fotoboeken heb ik nog wat herinneringen. Bij het opruimen van m’n schoolspullen zat een papiertje waarop ik heel kort ‘mijn eigen geschiedenis’ had opgeschreven.

Links Peter Kapitein m’n beste vriend.

Het papiertje bevat weinig tekst, maar achterop staat een spannende belevenis: ‘Peter en ik kwamen eens in een klein moeras. Wij vonden het de eerste keer wel wat griezelig. Maar later niet zo erg. Peter zei opeens: kijk daar! Ik zag niks, maar we gingen er naar toe. We zagen niks, we wilden terug. Opeens hoorden Peter en ik iets. Wij dachten dat het een monster was en gingen gauw weg. Maar later zagen we dat de paarden het deden, want daarnaast was een weiland’.

Het briefje uit 1969, op de foto met mijn zus Rennie bij Oma Rezelman op Wieringen

Nu ik het lees, weet ik precies waar dit moeras is. Achter ons huis aan de Molenvaart lag een diepe tuin eindigend op een sloot. Met een plank staken we over en kwamen in het gebied dat nu natuurgebied Kruiszwin heet. Toen was het een drassig gebied, gras en veel riet, waar je lekker doorheen kon struinen. Met Peter speelde ik graag buiten. We sprongen over slootjes, bouwden steigers, vlotten en hutten. Een prachtige kindertijd om te koesteren!

De Végé winkel met motomarkt in Breezand

Mijn ouders warenb in die tijd eigenaar van een Végé supermarkt in Breezand. Voor hun een erg druk leven. Toen ik zeven jaar was, besloten zij het wat rustiger aan te doen. In het huis bij de winkel kwam een ‘chef’ en wij verhuisden naar Anna Paulowna. Dat duurde slechts drie jaar. De chef ging een eigen winkel beginnen en we verhuisden opnieuw terug naar Breezand.

Tot 1955 bakkerij Neefjes, later de winkel van mijn ouders.

Toen mijn ouders nog leefden, hadden ze het vaak over de tijd van die ‘rot winkel’. Het bezorgden hun veel kopzorgen. Wat waren ze blij toen ze de zaak in 1972 verkochten. Dat moment was goed gekozen. De jaren daarna zouden er zware tijden komen voor de zelfstandige winkeliers, die moesten opboksen tegen het grootwinkelbedrijf. Op de plek waar hun Végé winkel stond, is nu een vestiging van de Deen.

Trotse Aat en Jaap Zwaag met de zusters van mijn vader Annie en Dieuwie.

In de fotoboeken van mijn ouders is goed te zien hoe het kleine winkeltje van 1955 aan de Zandvaart, uitgroeide tot een grote supermarkt. In een krantenartikel uit die stond: ‘….een lang gekoesterde wens naar een betere en economischer winkelruimte is hiermede voor de fa.C.Zwaag & Zn. in vervulling gegaan…’

Ook op vakantie blijft de Végé trekken….

De zaak was een voortzetting van de melkwinkel die mijn opa Cor Zwaag aan de Stoomweg had. In het familiebedrijf werkten ook mijn moeder Aat en de zusjes van mijn vader Annie en Dieuwie. Voor mijn moeder een grote stap, ze was net getrouwd en pas 21 jaar. Naast werken, deden ze ook aan ontspanning door op vakantie te gaan. Met een VW busjes kamperen in Duitsland. Moeder was net in verwachting van mij. Bij een Végé winkel in Duitsland gaat vader Jaap op de foto, want ook op vakantie blijven ze aan hun winkel denken.

Hier krijgt Cor de schaar om het lint door te knippen en de winkel te heropenen.

De winkel loopt gelukkig goed en in 1964 is het tijd voor een verbouwing. De Végé wordt een zelfbediening. In krant stond: ‘….de kleine Cor Zwaag mocht met het doorknippen van het lint de winkel heropenen….’.

Vader Jaap was niet de man om genoegzaam achterover te leunen en kocht in 1968 een rijdende motomarkt. Het was de tijd dat voor de buitenwijken de boodschappenboekjes niet meer werden opgehaald en de bezorging werd stopgezet. Mijn vader was vooruitstrevend met de rijdende winkel, die de boodschappen aan huis bracht.

Tot 1972 de winkel van mijn ouders aan de Zandvaart 100 in Breezand.

In 1970 beleefde de winkel de derde en laatste verbouwing. De zaak werd twee jaar later verkocht aan de firma Lammers die al een supermarkt in Anna Paulowna had. We verhuisden naar de Burg.Mijnlieffstraat, waar mijn vader met de heer Koopman het weekblad de CTR ging uitgeven.

De winkels van Végé bestaan al lang niet meer. In het museum van de twintigste eeuw in Hoorn zag ik nog het interieur van de Végé uit de zestig jaren. Leuk, zo’n museum om je herinneringen op te krikken!

In 1984 start ik mijn eigen bedrijf: Buro Cor Zwaag. Het kantoor gebruik ik 8 jaar samen met mijn vader.

Het nieuwe leven van mijn ouders aan de Burg. Mijnlieffstraat verging hun goed. In de achtertuin kwam een kantoor dat tot 1992 voor o.a. het werk aan de CTR werd gebruikt. Ook financieel ging het hun goed, wat werd gevierd door maken van verre vakanties.

Vakantie Jaap en Aat in 1992 op Lesbos.

Na het overlijden van mijn ouders (Jaap in 2010, Aat in 2016) hield ik er dertig vakantie-albums aan over. Vorig jaar hebben we ze teruggebracht naar vijf (3 voor de kinderen/2 voor ons).

Mijn ouders konden terugkijken op een mooi leven van hard werken en nog harder genieten.

Schoolfoto van Jaap uit 1938.

Vader Jaap werd geboren in 1927, waar zijn ouders Cor en Dina Zwaag-Wit een melkzaak hadden aan de Stoomweg in Breezand. Toen mijn vader 13 was, werd het gezin plotseling nog verblijd met 2 dochters. Annie Zwaag en het jaar er op Dieuwie Zwaag.

Jaap met Sjors Schouten (links) kampeert in 1951 in Luxemburg.

Na de lagere school werkte Jaap bij zijn vader in de zaak en ’s avonds haalde hij een aantal vakdiploma’s om als kruidenier te mogen beginnen. In het uitgaansleven was Jaap geen vrouwenversierder, liever ging hij drinken in het café of met z’n motorvrienden op pad.

Aat in 1945.

In 1953 leerde hij mijn moeder Aat Rezelman kennen. Zij is geboren op 1934 in Westerland op Wieringen. De jongens van Wieringen hadden weinig sympathie met de ‘vastelanders’, maar gelukkig kon Jaap z’n verovering behouden.

Mijn moeder Aat en haar vader Rens in 1948.

Moeder Aat was enig kind van Jaantje Rezelman-Rotgans en Rens Rezelman. Toen haar vader Rens in 1950 verongelukte met zijn motor, braken er moeilijke tijden aan. Aat was nogal een losbol en heeft behoorlijk wat vriendjes versleten. Gelukkig kreeg Jaantje kennis aan de Amsterdamse politieman Cees Visser, die Aat in het gareel wist te houden.

Mijn moeder Aat (3e van links), kampeert met haar vriendinnen Annie, Nel en Jannie in Schoorl.

Ook in 1951 gaat mijn moeder kamperen, met drie vriendinnen naar Schoorl. Na de verloving in 1954 trouwen Jaap en Aat in 1955 en starten direct met hun nieuwe kruidenierswinkel. 

Bladerend in hun album zie ik dat ze in de zomer graag op vakantie gaan naar Luxemburg (1958/59). Meestal met hun vrienden, zoals Jan en Vera Kaandorp en Jan en Annie Kerkhof.

De kinderen Cor en Rennie gaan dan naar Wieringen, waar oma Rezelman graag op hun past. Zij woont in een vrijstaand huisje aan de Westerlanderweg met een prachtige tuin, waar we jarenlang heel graag kwamen.

In 1960 trouwt de zus van mijn vader Annie met Jan Stadig die een Spar winkel in Westerland beginnen, waarbij Rennie het bruidsmeisjes op hun huwelijk was.  De andere zus Dieuwie trouwt in 1963 met de Breezander bollenkweker Cor Nielen.

In Hippolytushoef op de Wieringer Kermis in 1968, rechts mijn neef Klaas Stadig.

Nadat mijn ouders hun Végé winkel in Breezand verkocht hadden, kwam mijn vader in dienst bij de middenstandsvereniging als administrateur en runde hij naast de CTR ook de Hi-Ha koopzegel coöperatie van de plaatselijke winkeliers. Met het samengaan van de CTR en de Polderbode in 1984 kwam Jaap, na 38 jaar zelfstandig te zijn geweest in dienst van een baas. Dat maakte voor hem weinig verschil, het werk bleef hetzelfde. Maar hij kreeg wel collega’s en dat maakte het gezelliger. Hij genoot van de contacten met ‘de jongens’ van Van Ketel. Het zou zijn mooiste periode in zijn arbeidsleven zijn, de samenwerking met Nel Ruigrok (redactie CTR).

Jaap gaat met pensioen en krijgt een receptie: links Aat, Jaap, Cor en Brigit Zwaag met hun kinderen Marijke en Frea.

Op 29 mei 1992 kreeg Jaap een afscheidsreceptie van zijn werkgever Noorderpers aangeboden. Niet in de kantine, maar op de opmaakafdeling van drukkerij van Ketel in Schagen. Zijn cadeaus hadden z’n collega’s verstopt in een boot gemaakt van krantenpapier. Daarmee verwijzend naar Jaaps hobby: vissen met z’n bootje op het wad.

Er zijn beelden van de zaak van mijn opa Cor Zwaag aan de Stoomweg. Op de dvd ‘Anna Paulowna 1949’ zijn opa en mijn vader in beeld:

Hieronder een filmpje van zestig jaar geleden, beelden van de winkel in Breezand en het gezin Zwaag.

 

8 reacties op “Mijn eigen geschiedenis: dat wordt graven!”

Wat leuk Cor .Ik weet nog dat je moeder eens vertelde of je vader uit een groot gezin kwam want ze wilde graag veel mensen om haar heen omdat ze zelf enig kind was en dat is altijd zo gebleven.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *